De winter is een prachtig seizoen
De winter is een prachtig seizoen. Tenminste, op papier. We zien beelden van knisperende sneeuw, warme chocolademelk en gezellige avonden onder een dekentje. Maar in werkelijkheid voelt de winter voor veel men sen vooral… zwaar. Donker. Vermoeiend. En dat is niet zo gek: ons lichaam is simpelweg niet gemaakt voor maanden met weinig licht.
Wanneer de dagen korter worden, raakt ons biologische ritme, het ritme, uit balans. Dat ritme is ons interne klokje dat ons vertelt wanneer we wakker moeten worden, eten, denken, herstellen en slapen.
En dat klokje werkt op één simpele brandstof en dat is daglicht. Daglicht is onze natuurlijke startknop. Het zet hormonen in werking die ons alert, energiek en opgewekt maken. Zodra licht op onze ogen valt, daalt het slaaphormoon melatonine en stijgt serotonine, het stofje waar we ons blijer en stabieler door voelen. In de winter, wanneer we ‘s ochtends in het donker opstaan en ‘s avonds weer in het donker thuiskomen, krijgt dat systeem een flinke klap.
Geen wonder dat zoveel mensen in de winter dipjes ervaren: somberheid, weinig energie, zinloos gevoel, meer trek in ongezond eten. Onze biologie heeft het zwaar.
Maar er is goed nieuws: een klein beetje licht doet al wonderen. Al is het bewolkt, buitenlicht is 10 tot 100 keer sterker dan binnenlicht. Tien minuten buiten in de ochtend kan je ritme resetten. Twintig minuten wandelen maakt je hoofd lichter. Daglichtlampen kunnen helpen als naar buiten gaan niet lukt. En zelfs een pauze bij het raam is winst. De winter hoeven we dus niet te trotseren, we moe ten haar slim benaderen. Licht opzoeken is geen luxe, het is zelfzorg. Een vriendelijk duwtje aan ons interne kompas.
Dus trek je jas aan en ga even naar buiten, ook in de winter!
